Cameratoezicht op openbare plaatsen
De overheid, met name gemeenten en politie, mag gebruik maken van cameratoezicht in openbare ruimten (gebieden waar over het algemeen veel mensen samenkomen en waarvoor de overheid verantwoordelijkheid draagt), zoals uitgaanscentra, wegen en pleinen, als dat noodzakelijk is voor de goede uitoefening van de taak. Dit betekent dat videocamera's ingezet mogen worden voor de handhaving van de openbare orde en voor de verkeersveiligheid. Ook kunnen camera's strafbare feiten registreren en daarmee bijdragen aan de opsporing ervan.
Op dit moment ligt het wetsvoorstel Cameratoezicht op openbare plaatsen ter behandeling in de Tweede Kamer. In dit wetsvoorstel wordt de bevoegdheid tot plaatsing van camera's toegekend aan de burgemeester op basis van een verordening van de gemeenteraad.
- Camera’s met geluidsdetectie in Groningse pilot toegestaan
Uitspraak, 18 augustus 2005 - Gemeenten onderzoeken effect cameratoezicht onvoldoende
Persbericht, 19 november 2003 - Wetsvoorstel cameratoezicht op openbare plaatsen
Advies, 6 december 2002 (z2002-1443) - Wetsvoorstel cameratoezicht op openbare plaatsen
Advies, 5 februari 2002 (z2001-1638) - ‘Intelligente' camera's voor de herkenning van sluipverkeer
Uitspraak, 13 september 2001 (z2000-1334) - Digitale beelden van openbare omgeving vallen soms onder privacywetgeving
Uitspraak, 16 februari 2001 (z2000-1172) - Wetsvoorstel strafbaarstelling heimelijk cameratoezicht
Advies, 17 juli 2000 (z2000-0327) - Cameratoezicht door particuliere beveiligers in het kader van publiek-private samenwerking
Uitspraak, 25 april 2000 (z2000-0380) - Uitzenden beelden webcam valt niet onder Wet persoonsregistraties
Uitspraak, 28 maart 2000 (z2000-0033) - Trajectcontrole door middel van videoregistratie
Uitspraak, 9 december 1996 (96V0140)
(Bron: CPB)